Faith musings in an exciting world

Zie, uw koning komt

12/03/2019 13:33

[Jes. 2:1-3; Mt. 21:6-9, 24:32-44]

This is one of two sermons on Adventsunday

Vrede zij met u. Amen.

 

 

YouTube: Handel, Rejoice...righteous Saviour

 

Rejoice, rejoice, rejoice greatly, O daughter of Zion!

Shout, O daughter of Jerusalem!

Behold thy King cometh on to thee.

 

Verheug u, oh dochter van Zion!

Roep het uit, oh dochter van Jeruzalem!

Zie, uw koning komt tot u. (Zach. 9:9a)

 

Deze aria maakt deel uit van George Frederick Handels oratorium Messiah uit 1741, en het is de eerste aria van scene vijf in het eerste deel, gecomponeerd voor sopraan.

Dit eerste deel wordt vaak het ’Kerstdeel’ genoemd, omdat het die profetieën van Zacharias en van Jesaja bevat over de komst van de messias, de Gezalfde, de Christus.

 

 

U vindt het waarschijnlijk eigenaardig dat we op de eerste zondag in de Advent die tekst hebben gelezen die we meestal met de gebeurtenissen in de Goede Week associëren: de ezel en de hosanna’s horen eigenlijk toch thuis op Palmzondag, niet?

Het is een scene in het Matteüsevangelie die volgt op Jezus’ derde profetie over zijn eigen dood, en die lezen we vandaag bij het begin van de periode waarin we ons voorbereiden om zijn geboorte te vieren.

Dat is op zijn zachts gezegd, een beetje eigenaardig.

 

Nochtans, was de eerste Adventszondag traditioneel de zondag waar de oude leesroosters teksten aangaven waarin de focus op Jezus’ wederkomst lag, op zijn parousia, zijn terugkeer om -zoals we in de Geloofsbelijdenis zeggen- ‘te oordelen de levenden en de doden’.

 

Veel christenen hebben angst voor die wederkomst, die Dag des Oordeel, het jaagt hen letterlijk de stuipen op het lijf, met vuur en doem en de vier ruiters van de apocalyps, hoewel Mattheüs zelf die figuren niet samenbrengt met de komende gebeurtenissen die hij beschrijft, en dat is een heel belangrijk punt.

 

Voor anderen kan die dag dan weer niet snel genoeg komen, want dan zullen de anders- en niet-gelovigen, de niet-kerkelijken in het hellevuur geworpen worden en dan zal de hele wereld moeten erkennen dat zij gelijk hadden. Laat ze maar uitrijden, die ruiters!

 

 

Net zoals bij zijn eerste komst, zijn geboorte, zal Jezus komen om te oordelen, maar zijn oordeel zal eerlijk zijn en rechtvaardig, het zal een oordeel zijn dat gemotiveerd is door begrip en genade, liefde en eindeloze vergiffenis. Het zal een oordeel zijn dat de dingen rechtzet.

 

He is the righteous saviour, zingt de sopraan, de rechtvaardige heiland.

 

Net zoals bij zijn eerste komst, zal Jezus’ wederkomst vervollediging en heelheid betekenen, herstel, geen volledige verwoesting maar eeuwig leven, niet om ons in wanhoop te storten maar om nieuw leven te scheppen.

Hij heeft immers gezegd: “...ik ben gekomen om hun het leven te geven in al zijn volheid.” (Jn. 10:10b)

 

 

Met Jezus zullen we een rechter hebben die als God-mens empathie zal tonen en die volledig onze menselijke zwaktes zal kunnen herkennen en erkennen.

Hij weet precies waar we mee worstelen, hij kan begrip opbrengen. Genade heet dat.

 

Wanneer we dus langs de kant staan, net zoals de mensen in Jezus’s tijd, dan worden we uitgenodigd om onze hosanna’s voor onze komende messias te laten klinken, al is hij een hulpeloze baby, een zachtaardige koning of een opperste rechter.

 

Hosanna, hoshia-na in het Hebreeuws, betekent ‘help mij! of red mij, ik bid u!’, maar het is niet enkel een smeekbede, het is ook een uitdrukking van lof en eer, want onze koning komt tot ons met genade en met compassie, eerst in een stal in een onbeduidend dorp in een achtergesteld deel van het Romeinse Rijk, daarna als de almachtige pantokrater die we van Byzantijnse mozaïeken kennen, de heerser van het heelal, met engelenkoren en bazuingeschal.

En daartussen, op een ezeltje, met zijn leerlingen en andere mensen om zich heen, op weg naar de hoofdstad en haar Tempel.

 

 

Al deze verhalen, deze gebeurtenissen, zijn verhalen van hoop, van leven, die we lezen en vertellen om ons ondersteund en opgeheven te weten, geïnspireerd, niet om ons te doen sidderen en ons depressief en angstig te laten voelen.

Want dat is niet de God die wij aanbidden, dat is niet de hemelse Vader die wij zegenen.

 

Uiteraard, dit betekent nooit dat we zo maar kunnen doen en laten waar we zelf zin in hebben: het oordeel zal vragen dat we eerlijk naar onszelf kijken. Het godsoordeel zal ook een menselijke zelfevaluatie betekenen. We zijn allen zondaars in nood van vergeving.

 

Maar onze teksten vandaag, over een God die naar ons toe komt, stellen ons gerust en verzekeren ons dat we niet door onze tekortkomingen en fouten gedefinieerd noch gedetermineerd worden. 

 

God zet altijd de eerste stap.

God komt altijd naar ons toe, ongeacht, steeds opnieuw.

God hoort onze smeekbedes, maar verheugt zich ook in onze lofbetuigingen.

 

Genade.

 

 

Maar wanneer dan?

 

Kijken we er halsreikend naar uit of breekt het koud zweet ons uit als het onderwerp ter sprake komt?

Maakt het niet weten het nog erger of net spannend?

 

“...als een dief in de nacht.”

 

Geduld is een schone deugd, zegt men wel eens, maar mensen vinden het meestal een moeilijke deugd.

In het westen zijn we het zo gewoon -zeg maar gerust dat we geïndoctrineerd zijn- om alles te krijgen waar en wanneer we maar willen.

Zelfs God en Kerk zijn voor velen iets waarvan ze verwachten dat het hen op maat gemaakt wordt aangereikt wanneer en hoe het hen precies past.

 

Gods aanwezigheid verwordt dan tot iets dat men consumeert.

God wordt verwacht om van wacht te zijn, beschikbaar bij elke vingerknip, een beetje als een Engelse butler: “You rang, m’lord?”

 

Wie is er dan eigenlijk de lord, de Heer?

 

 

Zie, uw koning komt tot u.

 

‘Nu even niet, God, het past momenteel niet.’

 

We zijn te druk bezig met andere zaken, Kerst en Nieuwjaar bijvoorbeeld, die vragen veel aandacht en organisatie; of we zijn te bang, te gespannen om ons leven in uw handen te kunnen leggen, het vertrouwen vraagt te veel van ons, lichamelijk, als mentaal, als spiritueel, dus stellen we het liever uit, ook al voelt dat verkeerd, want de donkerte leegte heeft dringend uw licht nodig.

 

Zie, uw koning komt tot u.

 

‘Kom Jezus, want we zijn de ander kotsbeu, we willen geen naaste meer die niet precies is zoals wij. De wereld om ons heen is niet vroom genoeg, niet kerkelijk genoeg, of ze zijn niet kerk zoals wij dat zijn en dus zijn ze verkeerd. Kom, en vernietig de heiden, neem de uitverkorenen, de specialen, de elite mee, en laat deze gevallen schepping voor wat ze is!’

 

Geen nood dan aan sociale verantwoordelijkheid of omzien naar de naaste, het streven naar rechtvaardigheid of vrede...dat heeft dan allemaal geen belang meer, want de

Heer komt snel en dan zal alles zijn zoals wij geloven, wij denken dat het moet zijn.

Dan zullen we gelijk krijgen.

 

 

He shall speak peace unto the heathen, gaat de aria verder, Hij zal vrede aan de volkeren verkondigen.

 

Vrede in onze wereld, vrede in onze levens, in onze relaties, vrede in ons lichaam en ziel en geest.

 

Geen angst voor het oordeel, want het oordeel is rechtvaardig en de Rechter is bekommerd om ons, de Rechter is betrokken.

Geen eigenwaan meer, geen arrogantie, want het oordeel kan wel eens helemaal anders uitdraaien dan wij dat zouden willen.

 

Advent betekent vertrouwen mogen hebben, mogen wachten en geduld oefenen. Het oordeel komt, ontspan je nu maar.

 

Kent u deze van Maarten Luther nog: “Als morgen de wereld vergaat, plant ik vandaag mijn appelboom.”

 

Uitzien naar de parousia, de wederkomst van de Heer betekent dan net onthaasting.

Geduld wordt dan vertrouwen, geduld gaat dan net deugd doen.

 

Wanneer hij komt, zal hij onze hosanna’s horen, we moet onze ellebogen niet gebruiken om op de eerst rij te staan, hij zal ons zien en horen en kennen.

 

Net zo, moeten we niet wegkruipen, ons verstoppen, want Gods licht schijnt in de duisternis en dat licht vindt ons steeds terug. 

 

 

De Messias, onze Christus komt, in de Advent, met Kerst, maar ook elke dag van ons leven.

 

Ons geduld zal inderdaad worden beloond, maar niet om te krijgen, maar om te veranderen, om te zijn, om vervolledigd te worden, om een eerlijk oordeel te ondergaan en te transformeren naar en binnen een schepping die in relatie is.

 

Hosanna, Heer, hosanna; kom, Heer Jezus, kom!

 

 

Barmhartigheid en liefde zij met u. Amen.